De geschorste ALV (50Plus)

Rechtbank Den Haag 5 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15000

“Voor het laatst op 24 juni 2023 hebben verkiezingen plaatsgevonden voor het HB van 50Plus. Toen is de [de voorzitter] door de AV [algemene vergadering] gekozen als voorzitter van het HB [hoofdbestuur], [de penningmeester] is gekozen als penningmeester en [bestuurslid1] als algemeen bestuurslid. Daarnaast is mevrouw [de vice-voorzitter] (hierna: [de vice-voorzitter] ), gekozen als vice-voorzitter en de heer [bestuurslid2] als algemeen bestuurslid. Omdat er bij de verkiezingen in juni 2023 niet voldoende kandidaten waren bestaat het HB momenteel uit vijf personen, waarbij de functies van secretaris en één algemeen bestuurslid niet zijn opgevuld. [de voorzitter] , [de vice-voorzitter] , en [de penningmeester] vormen momenteel het DB.”

“Op 30 september 2023 was een AV gepland. Op de agenda van deze AV stonden onder meer: -stemming over vijf “ontslagmoties”, die strekken tot ontslag per direct van het volledige HB”

“In aanloop naar de AV van 30 september 2023 heeft het DB, onder mandaat van het HB, twee besluiten genomen over de mogelijkheid van personen die zich na 7 juli 2023 als lid van 50Plus hebben aangemeld om bij de AV aanwezig te zijn (volgens het besluit waren deze personen ‘kandidaat-lid’, mochten zij aanwezig zijn op de AV, maar hadden zij geen stemrecht) en over de wijze waarop met volmacht gestemd kon worden op de AV.”

“Tussen partijen is in geschil wat de reden was van de schorsing / beëindiging van de AV op 30 september 2023. Volgens [eisende partij sub 1 c.s.] is dat gebeurd om te voorkomen dat voor [de voorzitter] , [de penningmeester] en [bestuurslid1] nadelige besluiten genomen zouden worden door de AV. Volgens 50Plus is de vergadering op advies van de zaalmanager beëindigd uit veiligheidsoverwegingen, vanwege ontstane onrust. Wat daar ook van zij, vast staat dat de vergadering is beëindigd – waarbij beide partijen uitgaan van een schorsing van de vergadering – en dat er door de AV niet is gestemd over de lijsttrekker en de kandidatenlijst.

4.4. Tijdens de zitting op 3 oktober 2023 is besproken dat partijen er een gezamenlijk belang bij hebben dat nog vóór 9 oktober 2023 een AV plaatsvindt, op 7 of 8 oktober 2023, zodat alsnog – zoals op grond van artikel 2.1.2 onder d van het HHR is vereist – gestemd kan worden over de lijsttrekker en de kandidatenlijst. [de penningmeester] heeft namens het HB gesteld dat het HB zich inspant om die AV nog tijdig – fysiek of digitaal – georganiseerd te krijgen.

4.5. Zoals ook tijdens de zitting is besproken gaat de voorzieningenrechter ervan uit dat het HB uiterlijk dit weekend een AV laat plaatsvinden, waarbij de geschorste AV van 30 september 2023 wordt voortgezet. [de penningmeester] heeft tijdens de zitting toegezegd dat tijdens de hervatting van de geschorste AV de reeds eerder toegezonden agenda zal worden gehanteerd. Tussen partijen staat vast dat het eerste (inhoudelijke) punt op die agenda de moties tot ontslag van het HB zijn en [de penningmeester] heeft bevestigd dat daarover dan ook als eerste gestemd zal worden.

4.6. Bij deze stand van zaken ziet de voorzieningenrechter geen aanleiding tot het treffen van een ordemaatregel strekkende tot schorsing van [de voorzitter] , [de penningmeester] en [bestuurslid1] .”

… “De voorzieningenrechter merkt verder eigener beweging nog op dat 50Plus er volgens haar goed aan zou doen de komende AV door een onafhankelijke derde (bijvoorbeeld een notaris) te laten voorzitten. Gelet op de emoties op de AV van 30 september 2023 en de (tenminste) twee ‘kampen’ die er lijken te bestaan binnen 50Plus, komt het de voorzieningenrechter voor, dat de inzet van een onafhankelijk vergadervoorzitter de kansen op een rustig verloop van de komende AV aanzienlijk zou kunnen vergroten. Overigens wordt daarbij aangetekend dat de beslissing om een onafhankelijke derde in te schakelen als vergadervoorzitter uiteindelijk bij het HB ligt.”

ALV door leden – geldig

 Rechtbank Amsterdam 21 juli 2021, ECLI:NL:RBAMS:2021:3803

  • Meer dan 10% van de leden vraagt om een ALV, het bestuur weigert (geeft aan dat het een ALV op langere termijn wil houden), de verzoekers zetten door en organiseren zelf de ALV waar een nieuw bestuur gekozen wordt. Is de bestuursverkiezing geldig?
    • Een cruciaal detail is dat de beheerder van de website kennelijk één van de verzoekers was, in elk geval konden de verzoekers kennelijk alle leden mailen.
    • De verzoekers hebben ook bewijs bewaard dat ze alle leden gemaild hadden en dat ingebracht in de procedure. 
  • De verzoekers hebben van alle stappen bewijs en overtuigen de rechtbank dat de ALV geldig was.
    • Met name is er een grondige presentielijst met namen, geboortedata en handtekeningen, en zijn alle stembiljetten bewaard en ingebracht als bewijs in de rechtszaak. 
  • “Overwogen wordt als volgt. Volgens eisers heeft [de vereniging] op dit
    moment ongeveer 185 leden. De brief van 31 augustus 2021 (zie 2.5) is opgesteld
    namens 30 leden, waardoor is voldaan aan het getalscriterium dat is opgenomen
    in artikel 15 lid 4 sub a van de statuten. De oproep aan alle leden van 19
    september 2021 (zie 2.7) voldoet voorshands aan de daaraan te stellen eisen.
    Die oproep is geplaatst op [website] , de officiële website van [de vereniging]
    (zie r.o. 2.2 van het vonnis van 21 juli 2021). Gedaagden [= de verzoekers om de ALV] hebben aan de hand
    van een in het geding gebrachte lijst met leden aangetoond dat de oproep per
    e-mail naar 183 leden is verstuurd. Niet is betwist dat die 183 leden
    daadwerkelijk lid zijn van [de vereniging] . Leden die niet beschikken over een
    e-mailadres hebben volgens de oproep zelf en volgens de verklaring van
    gedaagden een brief ontvangen. Weliswaar is die brief niet in het geding
    gebracht, maar volgens de verklaring van [eiser 2] ter zitting gaat het om
    slechts zes leden die geen e-mailadres hebben en zou dit de stemming niet
    hebben beïnvloed. Al met al bestaan voorshands geen aanwijzingen dat een
    noemenswaardig aantal leden de oproep niet heeft gehad. “
  • “Verder is door
    gedaagden [de verzoekers om de ALV] op transparante wijze vastgelegd dat 54 leden zijn verschenen, in
    persoon of bij volmacht. De aanwezigheidslijst met namen, handtekeningen en
    geboortedata is in het geding gebracht, alsmede de desbetreffende volmachten.
    Ook alle stembiljetten zijn in het geding gebracht ter onderbouwing van het
    feit dat 51 stemmen zijn uitgebracht en dat de voorgestelde kandidaten tot
    bestuurslid zijn gekozen. De conclusie tot zover is dat de ALV van 4 oktober
    2021 op de juiste wijze bijeen is geroepen en dat de verkiezing van de vier
    bestuursleden op rechtsgeldige wijze heeft plaatsgevonden.”

Bestuursverkiezing ongeldig

  • Tijdens november 2020 wordt een verkiezing van bestuursleden digitaal gehouden.
  • ” Wij verzoeken de leden hun stem uiterlijk zaterdag 14 november 2020 te versturen naar [e-mailadres]” 
  • Het bestuur maakt de uitslag bekend in een nieuwsbrief. 
  • Zijn de bestuursleden zo geldig benoemd?
  • De rechtbank oordeelt van niet.
  • ” In de eerste helft van november 2020 heeft dus geen ALV plaatsgevonden, maar hooguit een ‘ledenraadpleging’. Voor zover geoordeeld zou kunnen worden dat deze ‘ledenraadpleging’ toch als een ALV of mogelijk als een ‘digitale ALV’ zou kunnen worden aangemerkt, dan geldt het volgende. Op geen enkele wijze is komen vast te staan dat alle leden op correcte wijze (per e-mail of per brief) zijn uitgenodigd om deel te nemen aan de ‘ALV’ waarin de stemming voor de nieuwe bestuursleden plaatsvond. Evenmin is duidelijk of en hoe de leden de stemming (via elektronische weg) konden volgen. Ook is niet duidelijk of de personen die hebben gestemd zijn geïdentificeerd als lid van [gedaagde 4] (zie artikel 2:38 lid 7 BW). Tot slot is niet duidelijk hoe en door wie de telling van de stemmen heeft plaatsgevonden en of een en ander nog is gecontroleerd door een derde partij.”
  • De benoeming is dus ongeldig. 
  • In december 2020 zijn er tijdens een “ALV” weer bestuursleden benoemd. De vraag is of deze vergadering wel een ALV was. De rechtbank oordeelt van niet.
  • ” In artikel 15 lid 3 van de statuten is bepaald dat een ALV wordt bijeengeroepen door het bestuur. Volgens [de ene groep bestuursleden] is op de bestuursvergadering van 21 november 2020 besloten om op 17 december 2020 een ALV te houden. Voorshands kan […]  niet worden uitgegaan van de juistheid van de ‘notulen’ van de bestuursvergadering van 21 november 2020, die kennelijk achteraf zijn opgemaakt door [gedaagde 5] , op dat moment geen bestuurslid, en die niet zijn goedgekeurd op een volgende bestuursvergadering, zoals artikel 14 lid 3 van de statuten vereist. ” 
  • ” Er kan dan ook niet vanuit worden gegaan dat op die bestuursvergadering rechtsgeldig is besloten tot het houden van een ALV op 17 december 2020. Ook kan er niet vanuit worden gegaan dat de uitnodigingen voor de ALV van 17 december 2020 rechtsgeldig aan alle leden zijn verzonden, te meer nu die uitnodiging (ook) is geplaatst op een website die tot dan toe niet als de ‘officiële’ website van [gedaagde 4] kon worden aangemerkt.” 
  • Daarmee zijn de besluiten genomen in de vergadering van 17 december ongeldig.
  • Daarmee blijven alleen de vier bestuursders van voor de “ledenraadpleing” van november over. 
  • De rechtbank, tot slot: ” Het toeval wil dat het vierkoppige bestuur bestaat uit twee bestuurders uit het ‘kamp’ van eisers en twee uit het ‘kamp’ van gedaagden. Het conflict tussen eisers en gedaagden vindt zijn oorzaak in de samenwerking met Stichting ASD. Naar aanleiding van negatieve verhalen over die stichting bij andere voetbalverenigingen is [eiser 1] een ‘antecedentenonderzoek’ gaan doen, dat kwaad bloed heeft gezet bij gedaagden. Eisers willen, anders dan gedaagden, die samenwerking stopzetten. Het is nu aan het bestuur, bestaande uit [eiser 2] , [eiser 3] , [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , om een ALV uit te schrijven, waarin beide kampen hun toekomstplannen voor [gedaagde 4] kunnen presenteren (en de daarbij behorende bestuursleden kunnen voordragen). Het is dan uiteindelijk aan de leden om te beslissen hoe de toekomst van [gedaagde 4] eruit ziet. Aan de vier bestuursleden wordt in overweging gegeven om een neutrale ‘procesbegeleider’ aan te stellen die mogelijk ook de ALV kan voorzitten.” 

Rechtbank Amsterdam 21 juli 2021, ECLI:NL:RBAMS:2021:3803

De feiten

2.1.

[gedaagde 4] (hierna: [gedaagde 4] ) is een voetbalvereniging. In de statuten van de vereniging is onder meer het volgende opgenomen:
-de algemene ledenvergadering (ALV) benoemt de bestuursleden (artikel 9 lid 1);
-in de eerste bestuursvergadering stelt het bestuur in onderling overleg de taken van de bestuursleden vast (artikel 9 lid 4);
-de ALV kan met een meerderheid van twee/derde van de uitgebrachte stemmen bestuursleden schorsen en ontslaan (artikel 9 lid 6);
-van het verhandelde in een vergadering van een orgaan van de vereniging worden notulen opgemaakt die op de eerstvolgende vergadering van dat orgaan dienen te worden goedgekeurd (artikel 14 lid 3);
-een besluit van een orgaan dat in strijd is met de wet of de statuten is nietig
(artikel 14 lid 4);
-de ALV wordt bijeengeroepen door het bestuur, met inachtneming van een termijn van tenminste 14 dagen; de bijeenroeping geschiedt door middel van een aan alle leden te zenden schriftelijke kennisgeving en/of via een langs elektronische weg toegezonden bericht, met gelijktijdige vermelding van de agenda (artikel 15 lid 3);
-van het verhandelde in elke ALV worden door een bestuurslid notulen gemaakt (artikel 16 lid 2).

2.2.

De website van [gedaagde 4] is [website 1] .

2.3.

In 2020 bestond het bestuur van [gedaagde 4] uit de volgende personen: [naam 2] (voorzitter); [eiser 2] (eiseres sub 2, secretaris); [eiser 3] (eiser sub 4, wedstrijdzaken); [gedaagde 1] (gedaagde sub 1, penningmeester) en [gedaagde 2] (gedaagde sub 2, jeugdzaken).

2.4.

Per 30 juni 2020 is [naam 2] afgetreden als bestuurslid.

2.5.

Eisers hebben een (ongedateerde) uitnodiging in het geding gebracht waarin de leden van [gedaagde 4] zijn uitgenodigd voor een op 26 oktober 2020 te houden ALV met als agendapunt 9 “Samenstelling bestuur”. Toelichting op dit agendapunt is dat [naam 2] zijn functie als voorzitter heeft neergelegd en dat [eiser 3] herkiesbaar is. Verder draagt het bestuur de leden [gedaagde 3] (gedaagde sub 3), [eiser 1] (eiser sub 1) en [eiser 3] (eiser sub 3) voor als nieuwe bestuursleden.

2.6.

Op 1 november 2020 heeft het bestuur aan de leden van [gedaagde 4] het volgende bericht verstuurd:
“Afgelopen maandag, 26 oktober zou de Algemene Ledenvergadering (ALV) plaatsvinden. Door het stijgend aantal Covid-19 besmettingen was het niet verantwoord de bijeenkomst door te laten gaan. (…)
De ALV is tot nader order uitgesteld. Wel staat er een punt op de agenda waarvoor uitstel niet gewenst is. Het betreft benoeming van nieuwe bestuursleden. Op dit moment is het bestuur krap bezet en met het huidige ambitieniveau is dat zeer ongewenst. Hoe eerder de kandidaten benoemd worden hoe eerder zij namens de vereniging kunnen optreden. Dat is de rede om de leden nu te benaderen en te vragen om de bijlagen waarin de kandidaten zich voorstellen en hun kandidaatstelling motiveren, te lezen en vervolgens te stemmen. Daar de overheid aanraadt contacten zoveel mogelijk te mijden is er een noodwet aangenomen die het mogelijk maakt zaken digitaal te behandelen.
Op de volgende pagina vind je de namen van de drie kandidaten.
Wij verzoeken de leden hun stem uiterlijk zaterdag 14 november 2020 te versturen naar [e-mailadres]
Het bestuur van [gedaagde 4] ”.

2.7.

Op 15 november 2020 heeft [gedaagde 4] een samenwerkingsovereenkomst gesloten met Stichting Acadamy of Skills Development (Stichting ASD), ook wel Damsko Football Academy genoemd. Namens [gedaagde 4] is deze overeenkomst ondertekend door [eiser 2] en [gedaagde 1] .

2.8.

Op 16 november 2020 heeft het bestuur de leden bericht dat 41 geldige stemmen zijn uitgebracht en dat [eiser 1] , [gedaagde 3] en [eiser 3] in het bestuur zijn gekozen. In het bericht is opgenomen:
“De uitslag zal nog een keer worden gecontroleerd door een onafhankelijk persoon maar dat zal de uitslag niet doen wijzigen.”
Vervolgens hebben de bestuursleden [gedaagde 3] , [eiser 2] , [gedaagde 2] , [gedaagde 1] en [eiser 3] in een WhatsAppgroep “Oud/Huidige Bestuur BW” [eiser 1] gekozen tot voorzitter van het bestuur. Hij is per 17 november 2020 bij de Kamer van Koophandel (KvK) als voorzitter geregistreerd. Ook [eiser 3] en [gedaagde 3] zijn per die datum als bestuurslid geregistreerd bij de KvK.

2.9.

In een nieuwsbrief van het bestuur van december 2020 is onder meer het volgende vermeld:
“(…)

In de eerste helft van november heeft u de gelegenheid gehad om drie kandidaat-bestuursleden te benoemen. Uit deze verkiezing kwam naar voren dat een meerderheid van de leden die stemde de drie kandidaten haar vertrouwen gaf en dat zij het vierkoppige bestuur komen versterken. Dat betekent dus dat het huidige bestuur met [gedaagde 3] , [eiser 1] en [eiser 3] is uitgebreid tot een zevenkoppig bestuur.

(…)
De Algemene ledenvergadering (ALV) is eerder uitgesteld in verband met het Covid-19 virus. We hebben besloten de ALV voorlopig naar begin 2021 te verschuiven daar een vergadering in een binnenruimte voorlopig niet mogelijk is als we alle leden de kans willen geven die bij te wonen.

(…)”.
In de dagvaarding wordt het zevenkoppige bestuur ook het ‘November-bestuur’ genoemd.

2.10.

Op 21 november 2020 heeft een bestuursvergadering plaatsgevonden. Hierbij waren tevens (namens Stichting ASD) [gedaagde 6] en [gedaagde 5] aanwezig (gedaagden sub 5 en 6). [gedaagde 5] heeft van deze vergadering ‘notulen’ opgesteld. In die notulen is onder meer opgenomen dat een datum voor een (digitale) ALV is vastgesteld op 17 december 2020. Ook is hierin opgenomen dat alle aanwezige bestuursleden unaniem hun akkoord hebben gegeven om [gedaagde 5] en [gedaagde 7] (gedaagde sub 7) tijdens de ALV van 17 december 2020 voor te dragen als leden van het bestuur.

2.11.

Na de bestuursvergadering van 21 november 2021 is binnen het zevenkoppige November-bestuur verschil van mening ontstaan over de samenwerking met Stichting ASD (zie 2.7). Vier van de zeven bestuursleden (eisers in dit kort geding) distantiëren zich van verdere samenwerking met Stichting ASD. [gedaagde 1] , [gedaagde 2] en [gedaagde 3] (gedaagden sub 1, 2 en 3) ondersteunen de samenwerking met Stichting ASD.

2.12.

Op 2 december 2020 is op de website [website 2] een aankondiging geplaatst voor een digitale ALV op 17 december 2020.

2.13.

Op 4 december 2020 heeft [gedaagde 1] [eiser 1] , [gedaagde 3] en [eiser 3] bij de KvK uitgeschreven als bestuursleden. [eiser 2] heeft hiertegen op 10 december 2020 bezwaar gemaakt bij de KvK.

2.14.

Bij brief van 7 december 2020 van Fundati Juridisch Advies is namens 132 leden van [gedaagde 4] aan [eiser 2] en [eiser 3] bericht dat hun ontslag zal worden voorgesteld op de ALV van 17 december 2020 en dat zij met ingang van 5 december 2020 zijn geschorst, een en ander onder verwijzing naar artikel 9 lid 6 van de statuten.

2.15.

In een nieuwsbrief van het bestuur van 8 december 2020 (afkomstig van [eiser 1] , [eiser 2] , [eiser 3] en [eiser 3] , eisers in dit kort geding) is onder meer opgenomen dat de op de website [website 2] voor 17 december 2020 aangekondigde ALV niet rechtsgeldig is.

2.16.

In notulen van de op 17 december 2020 gehouden ALV staat dat vijf nieuwe bestuurders zijn benoemd, te weten [gedaagde 6] en [gedaagde 5] , [gedaagde 7] , [gedaagde 8] en [gedaagde 9] . Ook is hierin opgenomen dat [eiser 3] zich niet meer herkiesbaar heeft gesteld en dat [eiser 2] heeft afgezien van samenwerking met het nieuwe bestuur.

2.17.

Op 18 december 2020 is op Facebook een bericht verschenen waarin staat dat de website van [gedaagde 4] is gewijzigd ( [website 2] ) en dat het nieuwe bestuur bestaat uit [gedaagde 5] en [gedaagde 6] , [gedaagde 1] , [gedaagde 7] , [gedaagde 8] , [gedaagde 3] , [gedaagde 2] , [gedaagde 9] en [eiser 2] .

2.18.

Nadien is het geschil tussen eisers en gedaagden voorgelegd aan de Arbitragecommissie van de KNVB, maar die heeft zich onbevoegd verklaard.

2.19.

Op 3 juni 2021 heeft de KvK het op 10 december 2020 ingediende bezwaar (zie 2.13) gegrond verklaard en de inschrijving dienovereenkomstig aangepast. Dit betekent dat thans als bestuurders van [gedaagde 4] staan geregistreerd [gedaagde 1] , [eiser 2] , [eiser 3] , [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [eiser 3] en [eiser 1] .

3Het geschil in conventie

3.1.

Eisers vorderen – kort gezegd – het volgende:
1. gedaagden te verbieden enige handeling te verrichten die het November-bestuur belemmert zijn rol als bestuur van [gedaagde 4] uit te oefenen;
2. gedaagden te verbieden [gedaagde 6] en [gedaagde 5] , [gedaagde 7] , [gedaagde 8] en [gedaagde 9] op enige manier te erkennen als bestuurder van [gedaagde 4] ;
3. gedaagden te gebieden om alle leden van [gedaagde 4] op de hoogte te brengen dat het November-bestuur het enige geldige bestuur is;

4. gedaagden te gebieden de website [website 2] offline te halen en te houden;
5. gedaagden te gebieden alle handelingen te verrichten die ervoor zorgen dat het November-bestuur zijn taak als bestuur kan vervullen, waaronder het verschaffen van de benodigde sleutels, het verlenen van toegang tot de officiële website van [gedaagde 4] ( [website 1] ), het verlenen van toegang tot Sportlink en het verstrekken van de financiële administratie aan de penningmeester;
6. een en ander op straffe van dwangsommen; en
7. met veroordeling van gedaagden in de kosten van dit geding en in de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.

3.2.

Eisers stellen hiertoe – samengevat weergegeven – dat de ALV van 17 december 2020 niet op de door de statuten (zie artikel 15 lid 3) voorgeschreven wijze is bijeengeroepen. Op die ALV konden dus geen geldige besluiten worden genomen. Ook de benoeming van gedaagden als bestuursleden is dus nietig. Gedaagden zijn bezig met een coup. Zo is onder meer de oude website uit de lucht gehaald en een nieuwe website gelanceerd, waartoe eisers geen toegang hebben. Ook hebben eisers geen toegang meer tot het voetbalcomplex (omdat de sloten zijn veranderd) en zijn [eiser 2] en [eiser 3] “geschorst”. Tot slot hebben gedaagden ervoor gezorgd dat [eiser 3] zijn rol als wedstrijdsecretaris niet meer kan uitoefenen omdat zijn toegang tot de KNVB-site Sportlink is geblokkeerd.

3.3.

Gedaagden hebben – samengevat weergegeven – als volgt verweer gevoerd. Niet hun benoeming in december 2020 is nietig, maar juist de benoeming van [eiser 1] en [eiser 3] in november 2020. Die laatste benoeming heeft niet op een ALV plaatsgevonden. Niet staat vast dat de leden van [gedaagde 4] de “vergadering” hebben kunnen volgen en of de stemming zorgvuldig heeft plaatsgevonden.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4Het geschil in reconventie

4.1.

Gedaagden vorderen onder verwijzing naar hun verweer in conventie – kort gezegd – het volgende:
Primair:

[eiser 1] en [eiser 3] te verbieden enige handeling te verrichten als bestuurslid, eisers te gebieden medewerking te verlenen aan de uitschrijving van [eiser 1] en [eiser 3] bij de KvK per 17 november 2020 en eisers te gebieden medewerking te verlenen aan inschrijving van [gedaagde 5] en [gedaagde 6] , [gedaagde 7] en [gedaagde 8] in de KvK per 16 december 2020, een en ander op straffe van dwangsommen;
Subsidiair:
– het bestuur van [gedaagde 4] te gebieden binnen drie maanden een ALV te organiseren op de volgens de statuten voorgeschreven wijze, de benoeming van minimaal één nieuw bestuurslid te agenderen, zich in de tussentijd te onthouden van voor [gedaagde 4] ingrijpende besluiten en alleen die besluiten te nemen die noodzakelijk zijn voor de operationele continuïteit van [gedaagde 4] ;
– [eiser 1] en [eiser 3] te verbieden enige handeling te verrichten als bestuurslid en hen te gebieden medewerking te verlenen aan hun uitschrijving bij de KvK per 17 november 2020, een en ander op straffe van dwangsommen;
met veroordeling van eisers in de kosten van dit geding en in de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.

4.2.

Eisers hebben verweer gevoerd in lijn met hun stellingen in conventie.

4.3.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5De beoordeling in conventie en in reconventie

5.1.

Vanwege de samenhang worden de vorderingen in conventie en reconventie gezamenlijk besproken.

Benoeming bestuursleden november 2020
5.2. Bestuursleden van [gedaagde 4] moeten worden benoemd in een ALV (artikel 9 lid 1 van de statuten). Dit volgt ook uit artikel 2:37 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW). In november 2020 heeft geen ALV plaatsgevonden. Die ALV zou immers plaatsvinden op 26 oktober 2020, maar is blijkens de onder 2.6 geciteerde mededeling van het bestuur tot nader order uitgesteld.

5.3.

In de eerste helft van november 2020 heeft dus geen ALV plaatsgevonden, maar hooguit een ‘ledenraadpleging’. Voor zover geoordeeld zou kunnen worden dat deze ‘ledenraadpleging’ toch als een ALV of mogelijk als een ‘digitale ALV’ zou kunnen worden aangemerkt, dan geldt het volgende. Op geen enkele wijze is komen vast te staan dat alle leden op correcte wijze (per e-mail of per brief) zijn uitgenodigd om deel te nemen aan de ‘ALV’ waarin de stemming voor de nieuwe bestuursleden plaatsvond. Evenmin is duidelijk of en hoe de leden de stemming (via elektronische weg) konden volgen. Ook is niet duidelijk of de personen die hebben gestemd zijn geïdentificeerd als lid van [gedaagde 4] (zie artikel 2:38 lid 7 BW). Tot slot is niet duidelijk hoe en door wie de telling van de stemmen heeft plaatsgevonden en of een en ander nog is gecontroleerd door een derde partij.

5.4.

De conclusie tot zover is dan ook dat het besluit van 16 november 2020 tot benoeming van [eiser 1] , [gedaagde 3] en [eiser 3] als bestuursleden van [gedaagde 4] nietig is in de zin van artikel 2:14 BW omdat het besluit niet is genomen op een ALV, dan wel is genomen op een wijze die in strijd is met fundamentele totstandkomingsvoorschriften.

ALV 17 december 2020
5.5. In artikel 15 lid 3 van de statuten is bepaald dat een ALV wordt bijeengeroepen door het bestuur. Volgens gedaagden is op de bestuursvergadering van 21 november 2020 besloten om op 17 december 2020 een ALV te houden. Voorshands kan gezien het verweer van eisers niet worden uitgegaan van de juistheid van de ‘notulen’ van de bestuursvergadering van 21 november 2020, die kennelijk achteraf zijn opgemaakt door [gedaagde 5] , op dat moment geen bestuurslid, en die niet zijn goedgekeurd op een volgende bestuursvergadering, zoals artikel 14 lid 3 van de statuten vereist. Er kan dan ook niet vanuit worden gegaan dat op die bestuursvergadering rechtsgeldig is besloten tot het houden van een ALV op 17 december 2020. Ook kan er niet vanuit worden gegaan dat de uitnodigingen voor de ALV van 17 december 2020 rechtsgeldig aan alle leden zijn verzonden, te meer nu die uitnodiging (ook) is geplaatst op een website die tot dan toe niet als de ‘officiële’ website van [gedaagde 4] kon worden aangemerkt.

5.6.

De conclusie is dan ook, net als onder 5.4, dat het besluit op de ‘ALV’ van 17 december 2020 tot benoeming van [gedaagde 6] , [gedaagde 5] , [gedaagde 7] , [gedaagde 8] en [gedaagde 9] als bestuursleden van [gedaagde 4] nietig is in de zin van artikel 2:14 BW omdat het besluit niet is genomen op een rechtsgeldige ALV, dan wel is genomen op een wijze die in strijd is met fundamentele totstandkomingsvoorschriften.

Stand van zaken
5.7. Voorshands moet dan ook worden teruggevallen op de situatie van vóór november 2020. Dit houdt in dat het bestuur van [gedaagde 4] thans bestaat uit [eiser 2] , [eiser 3] , [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . De vorderingen over en weer zullen in zoverre worden toegewezen, dat deze vier bestuursleden hun werkzaamheden onbelemmerd (moeten) kunnen doen (met dien verstande dat zij, zoals in reconventie gevorderd, alleen besluiten mogen nemen om de operationele continuïteit van [gedaagde 4] te waarborgen), dat zij bij de KvK moeten worden geregistreerd (en anderen moeten worden uitgeschreven) en dat zij op de in de statuten (en de wet) voorgeschreven wijze een ALV moeten uitschrijven.

5.8.

Aan de veroordelingen zullen geen dwangsommen worden verbonden. Dit zet de reeds verstoorde verhoudingen tussen partijen alleen maar verder op scherp, terwijl [eiser 2] , [eiser 3] , [gedaagde 1] en [gedaagde 2] toch nog enige tijd samen verder moeten als bestuur van [gedaagde 4] . Opleggen van een dwangsom ligt bovendien niet in de rede nu partijen hun werk op vrijwillige basis doen.

5.9.

Noch in conventie noch in reconventie is gevorderd dat [gedaagde 3] moet worden uitgeschreven uit de registers van de KvK. Uit het voorgaande vloeit echter voort dat het voor zich spreekt dat dat moet gebeuren. De voorzieningenrechter gaat ervan uit dat [eiser 2] , [eiser 3] , [gedaagde 1] of [gedaagde 2] dit op zich zullen nemen.

Wat nu?
5.10. Het toeval wil dat het vierkoppige bestuur bestaat uit twee bestuurders uit het ‘kamp’ van eisers en twee uit het ‘kamp’ van gedaagden. Het conflict tussen eisers en gedaagden vindt zijn oorzaak in de samenwerking met Stichting ASD. Naar aanleiding van negatieve verhalen over die stichting bij andere voetbalverenigingen is [eiser 1] een ‘antecedentenonderzoek’ gaan doen, dat kwaad bloed heeft gezet bij gedaagden. Eisers willen, anders dan gedaagden, die samenwerking stopzetten. Het is nu aan het bestuur, bestaande uit [eiser 2] , [eiser 3] , [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , om een ALV uit te schrijven, waarin beide kampen hun toekomstplannen voor [gedaagde 4] kunnen presenteren (en de daarbij behorende bestuursleden kunnen voordragen). Het is dan uiteindelijk aan de leden om te beslissen hoe de toekomst van [gedaagde 4] eruit ziet. Aan de vier bestuursleden wordt in overweging gegeven om een neutrale ‘procesbegeleider’ aan te stellen die mogelijk ook de ALV kan voorzitten.

5.11.

Aangezien partijen zowel in conventie als in reconventie over en weer gedeeltelijk in het (on)gelijk zijn gesteld, worden de proceskosten verrekend in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

ALV moet lid horen voor royement (of zijn brief krijgen?)

 Bij een vereniging is de ALV het orgaan dat bevoegd is om een lid te royeren. Een lid wordt geroyeerd, door de ALV, op voorstel van het bestuur. Het lid is niet uitgenodigd voor die ALV. De procedure in zoals vastgelegd in het huishoudelijk reglement is onduidelijk.

Het hof vernietigt het besluit, omdat het lid niet zijn kant van het verhaal heeft kunnen doen aan de ALV. Het is niet voldoende dat het bestuur  het lid heeft gehoord. Het hof lijkt aan te geven dat het ook voldoende zou zijn als het bestuur de inhoud van een brief die het lid had geschreven, met de ALV had gedeeld.

Het is onduidelijk of het lid geschorst was door het bestuur. Zo niet, dan is de ALV waarvoor hij niet is uitgenodigd, zonder meer ongeldig, en alle besluiten die daarin zijn genomen ook (artikel 2:38 lid 1). Het zou wat worden als het bestuur lastige leden de toegang tot de ALV kan ontzeggen.

Voor het geval het lid wel geschorst is, geldt de volgende clausule van artikel 2:38 lid 1 BW: “Behoudens het in het volgende artikel bepaalde, hebben alle leden die niet geschorst zijn, toegang tot de algemene vergadering en hebben daar ieder één stem; een geschorst lid heeft toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing wordt behandeld, en is bevoegd daarover het woord te voeren. De statuten kunnen aan bepaalde leden meer dan één stem toekennen.”

Nu weet (volgens mij) niemand van die bepaling precies betekent (wat betekent dat de ALV het “besluit tot schorsing” behandelt als dat besluit reeds genomen is door het bestuur; en wat als het bestuur de schorsing helemaal niet voorlegt aan de ALV?)

Maar ik denk dat uit het systeem van artikel 2:38 volgt dat het geschorste lid gehoord had moeten worden door de ALV, tijdens de ALV, dus met spreekrecht voor dat lid, voordat tot het royement besloten werd. En, let op, artikel 2:8 BW maakt dat meer vereist is dan een puur formele gelegenheid om te spreken, een minuutje van het lid is niet voldoende.

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHAMS:2021:1749

Geen ALV houden na afloop bestuurstermijn is risicovol

Kernpunden

De bestuursleden zijn, op een na, in juli 2017 gekozen voor een termijn van 4 jaar, waarbij jaar is gedefinieerd in de statuten als de periode tussen twee jaarlijkse ALV’s. In 2020 en in voorjaar 2021 is geen ALV gehouden. Het bestuur roept de corona omstandigheden in. De Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid, Stb. 2020, nr. 124, hierna: de Wet Tijdelijke Voorzieningen)’ Wet Tijdelijke Voorzieningen” voorziet echter in de mogelijkheid voor geheel digitale ALV’s en niet in het niet houden van ALV’s. De rechter is streng: de bestuursleden zijn geen bestuurslid meer, wordt verboden om zich nog zo voor te doen, moeten zich uitschrijven bij KvK, de bankmachtigingen worden ingetrokken. De door het bestuurs georganiseerde ALV moet worden afgelast omdat de agenda daarvan mede is opgesteld door de bestuursleden die geen bestuurslid meer waren.

” De hierboven genoemde nieuwe aparte ALV waarop twee nieuwe bestuurders zullen moeten worden benoemd en een nieuwe kascommissie zal, naar het zich thans laat aanzien, moeten worden voorgezeten door een neutrale voorzitter van/via het AVVN, het Algemeen Verbond van Volkstuinders Verenigingen in Nederland.” (en de rechter legt dit op).

““De Wet Tijdelijke Voorzieningen voorziet echter niet in enige basis voor verenigingen om wegens de Corona-problematiek een jaarlijks bijeen te roepen algemene ledenvergadering achterwege te laten. Ook andere wetten voorzien niet in die mogelijkheid. Voor het nalaten van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] om tijdig een ALV bijeen te roepen kan de Corona-problematiek dan ook geen rechtvaardiging vormen. Dat geldt temeer, omdat niet gebleken is dat het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] toen al het mogelijke heeft gedaan om (het stemmen op) een ALV plaats te laten vinden via de elektronische (digitale) en/of schriftelijke weg.

Omdat er dus niet op tijd een ALV is gehouden in 2021, zijn [gedaagde 2] en [gedaagde 3] van rechtswege geen bestuurslid meer, want ten aanzien van hen is de vierjaarstermijn van artikel 10 lid 3 van de statuten inmiddels verstreken. Mevrouw [persoon A] is momenteel dus nog de enige bestuurder van de [naam van de volkstuindersvereniging] . Uit de procestukken en de toelichtingen ter zitting is gebleken dat de vergadering die op 27 november 2021 geagendeerd staat (mede) is voorbereid door thans niet langer in functie zijnde bestuursleden. De agenda zal ook door hen zijn opgesteld. Dat maakt die agenda ondeugdelijk om op 27 november 2027 behandeld te worden. Dat maakt ook dat deze ALV niet door kan gaan, en er te zijner tijd opnieuw een ALV bijeen moet worden geroepen. Er bestaat dus thans geen basis meer voor de voor 27 november 2021 bijeengeroepen ALV. Het treffen van een ordemaatregel waarbij het bestuur gelast wordt deze vergadering te annuleren ligt daarom in de rede. Om die reden is de vermeerdering van eis toelaatbaar.”

“[De eis van het lid] zal derhalve aldus worden toegewezen dat het [gedaagde 2] en [gedaagde 3] zal worden verboden met onmiddellijke ingang zich voor te doen als waren zij nog voorzitter en bestuurslid van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] , totdat er een nieuw bestuur is benoemd en zij daarvan als voorzitter respectievelijk lid deel uitmaken.

Het primair gevorderde onder 3 (uitschrijving KvK), onder 4 (medewerking intrekking bankmachtigingen) en onder 8 (bevel intrekken bankmachtigingen) zal derhalve eveneens integraal worden toegewezen.”

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBROT:2021:11150

2.De feiten

2.1.

D[naam van de volkstuindersvereniging] exploiteert volkstuinen.

2.2.

[eiser] is lid van de [naam van de volkstuindersvereniging] . Hij heeft een door de [naam van de volkstuindersvereniging] geëxploiteerde volkstuin in gebruik.

2.3.

[gedaagde 2] en [gedaagde 3] zijn op de algemene ledenvergadering van de [naam van de volkstuindersvereniging] van 6 juli 2017 gekozen als voorzitter respectievelijk lid van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] .

2.4.

Er is op 31 oktober 2021 een uitnodiging voor een ALV op 27 november 2021 gestuurd naar de leden van de [naam van de volkstuindersvereniging] met daarbij een agenda voor die ALV.

2.5.

In de statuten van de [naam van de volkstuindersvereniging] , waarvan de meest recente versie dateert van 29 november 2018, is – aangehaald voor zover van belang – het volgende bepaald:

[…]

ARTIKEL 4 LEDEN

[…]

2. Leden zijn die meerderjarige personen die als lid zijn toegelaten, die wonen in Rotterdam

en aan wie één tuin in gebruik is gegeven. Een lid kan afkomstig zijn uit de –

regio Rotterdam, uitsluitend en alleen indien er geen enkele gegadigde voor een tuin –

gevonden kan worden afkomstig uit Rotterdam, en dus sprake is van dreigende leegstand.

[…]

ARTIKEL 8. GESCHILLENBESLECHTING

[…]

3. Geschillen tussen leden onderling, leden en een orgaan van de vereniging niet zijnde

de algemene vergadering of organen van de vereniging, niet zijnde de algemene vergadering,

onderling welke samenhangen met of voortvloeien uit de doelstelling van

de vereniging worden naar keuze van betrokkenen beslecht door:——

a. bindend advies volgens het Reglement Conflictbeslechting van het AVVN; —

b. bemiddeling volgens het Reglement Conflictbeslechting van het AVVN.

[…]

ARTIKEL 10. BESTUUR

1. Het bestuur bestaat uit ten minste drie natuurlijke personen, die uit hun midden een –

voorzitter, een secretaris en een penningmeester aanwijzen.———-

a. Het lidmaatschap van het bestuur is niet verenigbaar met het lidmaatschap van –

de kascommissie.———————–

b. Personen, die een gemeenschappelijke huishouding voeren, kunnen niet tegelijkertijd

in het bestuur zitting hebben.————–

2. De leden van het bestuur worden door de algemene vergadering uit de leden benoemd.

leder bestuurslid is tegenover de vereniging gehouden tot een behoorlijke –

vervulling van zijn taak. ———————–

3. Bestuursleden worden benoemd voor de duur van vier jaar. Onder een jaar wordt in –

dit verband verstaan de periode tussen twee opeenvolgende jaarlijkse algemene vergaderingen.

Een aftredend bestuurslid is onmiddellijk herbenoembaar. —–

4. In een tussentijdse vacature in het bestuur wordt door de algemene vergadering zo –

mogelijk binnen vier maanden voorzien.

5. Bestuursleden kunnen te allen tijde onder opgaaf van redenen door de algemene -ledenvergadering worden geschorst en ontslagen. De algemene ledenvergadering besluit

tot schorsing of ontslag met een meerderheid van twee/derde van de uitgebrachte

stemmen. De schorsing eindigt wanneer de algemene ledenvergadering –

niet binnen drie maanden daarna tot ontslag heeft besloten. Het geschorste bestuurslid

wordt in de gelegenheid gesteld zich in de algemene ledenvergadering te –

verantwoorden en kan zich daarbij door een raadsman doen bijstaan.——

6. Het lidmaatschap van bestuur eindigt door overlijden, door ontslag, bedanken en -wanneer

het lidmaatschap van de vereniging eindigt. ———–

ARTIKEL 11. TAKEN EN BEVOEGDHEDEN BESTUUR EN VERTEGENWOORDIGING —-

1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het—besturen

van de vereniging.———————

2. Indien het aantal bestuursleden beneden drie is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. –

Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen -waarin

de voorziening in de vacature(s) aan de orde komt.

[…]

ARTIKEL 12. COMMISSIES

Het bestuur en de algemene vergadering zijn bevoegd permanente en tijdelijke commissies in te stellen en op te heffen, alsmede hun benoeming, samenstelling, taken en

bevoegdheden te regelen, voor zover deze niet geregeld zijn in de statuten of in de -reglementen. Commissies zijn verantwoording verschuldigd aan het orgaan dat hen heeft ingesteld.

ARTIKEL 13. BESLUITVORMING

1. Tenzij in de statuten of in de reglementen anders is bepaald, worden besluiten in het bestuur,

algemene vergaderingen en commissies genomen met een meerderheid van

de uitgebrachte stemmen, met dien verstande dat ter bepaling van die meerderheid

van het aantal uitgebrachte stemmen de ongeldige stemmen worden afgetrokken.

[…]

5. Een lid kan in de algemene vergadering één stem uitbrengen, ongeacht het aantal

tuinen dat het desbetreffende lid in gebruik heeft.————-

6. Een lid kan een ander lid machtigen namens hem in de algemene vergadering zijn -stem

uit te brengen, met dien verstande dat ieder lid slechts door één ander lid kan

worden gemachtigd.————————

7. Een volmacht kan alleen schriftelijk worden verleend en dient voor de aanvang van de

vergadering aan de voorzitter te zijn overhandigd.

[…]

ARTIKEL 15 BIJEENROEPING ALGEMENE VERGADERING ————

1. Jaarlijks wordt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar een algemene vergadering

gehouden. De algemene vergadering wordt bij voorkeur gehouden in de

gemeente waarin de vereniging haar zetel heeft.————–

2. De bijeenroeping gebeurt elektronisch met toevoeging van de agenda aan de bij de vereniging

bekende e-mail adressen van de leden.————-

3. De termijn van oproeping bedraagt tenminste twee weken, de dag van de oproeping

en die van de vergadering niet meegerekend. In bijzondere gevallen dit ter beoordeling

van het bestuur kan deze termijn worden bekort. ———

4. Een buitengewone algemene vergadering wordt gehouden indien het bestuur dit nodig

oordeelt of tenminste zoveel leden als bevoegd zijn tot het uitbrengen van één

tiende gedeelte van de stemmen in de algemene vergadering. In laatstbedoeld geval

moet de wens daartoe onder opgave van het te behandelen onderwerp, voorzien

van een toelichting, schriftelijk aan het bestuur kenbaar worden gemaakt. —

5. Indien het bestuur niet binnen veertien dagen na ontvangst van het onder lid 4 bedoelde

verzoek gevolg heeft gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die—–

bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het bestuur een algemene vergadering –

bijeenroept of bij advertentie in ten minste één ter plaatse veel gelezen dagblad. De –

verzoekers kunnen dan anderen dan bestuursleden belasten met de leiding van de –

vergadering en het opstellen van de notulen.—————

6. Op de algemene vergadering komen in ieder geval aan de orde:——–

a. vaststelling van de notulen van de vorige algemene vergadering;——

b. jaarverslag van het bestuur;——————-

c. het financieel jaarverslag van het bestuur over het afgelopen boekjaar;—-

d. het verslag van de kascommissie;—————–

e. de vaststelling van de begroting voor het komende boekjaar;——–

f. voorziening in eventuele vacatures;—————–

g. ingediende voorstellen.——————–

[…]

ARTIKEL 17. REKENING EN VERANTWOORDING

1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekening

te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen

worden gekend.———————-

2. Het bestuur brengt op de algemene vergadering, behoudens verlenging met een -termijn

van vijf maanden door de algemene vergadering, een jaarverslag uit over de –

gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het bestuur legt de balans

en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de algemene

vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de bestuursleden.

Ontbreekt de ondertekening van een bestuurslid, dan wordt daarvan –

onder opgave van redenen melding gemaakt. —————

3. Indien het bestuur niet in de algemene vergadering, of bij verlenging niet binnen de –

stelde termijn, overeenkomstig het bepaalde heeft gehandeld, kan ieder lid van de –

gezamenlijke bestuursleden in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen. –

4. Het bestuur is verplicht jaarlijks de in lid 2 bedoelde stukken te doen onderzoeken door

de kascommissie, die hiervan schriftelijk verslag uitbrengt aan het bestuur en aan

de algemene vergadering.

5. De kascommissie bestaat uit ten minste twee leden die door de algemene vergadering

worden benoemd en die geen lid van het bestuur mogen zijn.—–

6. Het bestuur is verplicht de kascommissie voor haar onderzoek alle door haar gewenste

inlichtingen te verschaffen, hen desgewenst de kas en de waarden te tonen

en inzage van de boeken en bescheiden van de vereniging te geven.

7. Goedkeuring door de algemene vergadering van het jaarverslag en van de rekening –

en verantwoording gebeurt nadat is kennisgenomen van het verslag van de kascommissie

en strekt het bestuur tot decharge voor alle handelingen die uit de rekening

en verantwoording blijken.——————

8. Het bestuur is verplicht de in dit artikel bedoelde bescheiden gedurende de daarvoor –

door de Wet vereiste termijn te bewaren.

3.Het geschil

3.1.

[eiser] vordert dat de voorzieningenrechter bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:

4.De beoordeling

Inleiding

4.1.

[eiser] heeft als lid van de vereniging gezien de door hem gestelde onregelmatigheden voldoende spoedeisend belang bij zijn vorderingen.

De voorzieningenrechter stelt verder voorop dat vooral [eiser] een groot aantal feitelijkheden heeft gesteld die terug te leiden zijn tot kennelijk allerlei incidenten uit het verleden en mede daardoor ontstane slechte verhoudingen tussen partijen. De vorderingen van [eiser] zien evenwel in essentie op een aantal bestuurlijke aangelegenheden die binnen de vereniging spelen. De voorzieningenrechter zal zich in het kader van dit kort geding beperken tot een oordeel over die vorderingen.

Betreffende de vorderingen onder I (“Ten aanzien van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] ”)

4.2.

Aangezien het tegenovergestelde gesteld noch gebleken is, gaat de voorzieningenrechter er vanuit dat op de momenten die van belang zijn in deze zaak de statuten niet anders luidden dan hierboven in 2.5 is weergegeven.

4.3.

[gedaagde 2] en [gedaagde 3] zijn op de algemene ledenvergadering van de [naam van de volkstuindersvereniging] van 6 juli 2017 benoemd tot voorzitter respectievelijk lid van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] . Op grond van artikel 10 lid 3 van de statuten golden die benoemingen voor de duur van vier jaar en moet in dat verband onder “een jaar” worden verstaan “de periode tussen twee opeenvolgende jaarlijkse algemene vergaderingen”.

4.4.

Na de ALV van 6 juli 2017, waarop [gedaagde 2] en [gedaagde 3] benoemd zijn tot voorzitter respectievelijk lid van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] , is er een ALV gehouden in 2018 en een ALV in 2019, op 26 oktober van dat jaar. Vorig jaar, 2020, is er, voor zover de voorzieningenrechter dat heeft kunnen nagaan, geen ALV gehouden. Tot op heden is er ook in het huidige jaar, 2021, geen ALV gehouden. De aangekondigde ALV van 2 oktober 2021 is namelijk niet doorgegaan.

4.5.

[eiser] en de [naam van de volkstuindersvereniging] zijn het erover eens dat artikel 10 lid 3 van de statuten zo mag worden uitgelegd dat “een jaar” in de zin van die bepaling langer kan zijn dan een kalenderjaar. De voorzieningenrechter begrijpt deze bepaling aldus dat ingeval er tussen twee jaarlijkse ALV’s een periode langer dan een kalenderjaar zit, dit – voor een beperkte termijn – mogelijk is.

4.6.

Volgens de [naam van de volkstuindersvereniging] c.s. is het volledige bestuur, dus ook [gedaagde 2] en [gedaagde 3] , nog in functie. Primair vinden de [naam van de volkstuindersvereniging] c.s. dat het huidige vergaderjaar nog loopt. Subsidiair nemen zij het standpunt in dat de termijn van een vergaderjaar als bedoeld in artikel 10 lid 3 van de statuten met slechts een beperkte termijn is overschreden en dat die overschrijding hun niet verweten kan worden vanwege de uitbraak van Covid 19, de huidige Corona-problematiek.

4.7.

Volgens artikel 15 lid 1 van de statuten moet er jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar een ALV worden gehouden. Het had dus voor de hand gelegen dat er voor juli van dit jaar, 2021, een ALV was gehouden. Inmiddels zijn ruim vier maanden verstreken sinds dat moment en kan dus, naar het voorlopige oordeel van de voorzieningenrechter, niet meer gezegd worden dat er slechts een beperkte termijn is overschreden sinds dat moment. Een beroep op artikel 10 lid 3 van de statuten kan de [naam van de volkstuindersvereniging] c.s. niet baten omdat er in 2020 geen ALV heeft plaatsgevonden zodat, gelet op hetgeen onder 4.5 is overwogen, het artikel in zoverre toepassing mist. Er is dus sprake van een aanzienlijke termijnoverschrijding. Dat brengt de voorzieningenrechter op de vraag of deze aanzienlijke termijnoverschrijding gerechtvaardigd is vanwege de huidige Corona-problematiek.

4.8.

Voor de beantwoording van de vraag naar de legitimiteit van de besluitvorming in verband met de huidige Corona-problematiek is van belang dat op 22 april 2020 een wet is aangenomen houdende “tijdelijke voorzieningen op het terrein van het Ministerie van Justitie en Veiligheid in verband met de uitbraak van COVID-19” (Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid, Stb. 2020, nr. 124, hierna: de Wet Tijdelijke Voorzieningen). Deze wet is van kracht geworden op 24 april 2020 en bevat (onder meer) voorzieningen met betrekking tot (besluitvorming in) algemene vergaderingen van rechtspersonen. De Memorie van Toelichting op het wetsvoorstel (Tweede Kamer, vergaderjaar 2019–2020, 35 434, nr. 3) vermeldt dat de (hier relevante) onderdelen van het voorstel zijn ingegeven door de wens om de continuïteit van het rechtsverkeer te waarborgen door waar nodig maatregelen te kunnen nemen die noodzakelijk zijn in verband met de COVID-19-uitbraak.

4.9.

Artikel 6 van de Wet Tijdelijke Voorzieningen voorziet erin dat het bestuur van een vereniging, in afwijking van artikel 2:38 lid 1 BW, kan bepalen dat leden geen fysieke toegang hebben tot de algemene (leden)vergadering, onder de voorwaarden dat (a) de algemene vergadering langs elektronische weg voor leden is te volgen en (b) de leden tot uiterlijk 72 uur voorafgaand aan de vergadering in de gelegenheid zijn gesteld om schriftelijk of elektronisch vragen te stellen over de onderwerpen die bij de oproeping zijn vermeld. Het artikel bepaalt verder dat het bestuur zich ervoor inspant dat tijdens de vergadering langs elektronische weg of anderszins nadere vragen kunnen gesteld, tenzij dit in het licht van de omstandigheden van dat moment in redelijkheid niet kan worden gevergd. Daarnaast kan het bestuur bepalen dat – voor zover de statuten dat niet bepalen – het stemrecht slechts kan worden uitgeoefend door middel van een elektronisch stemmiddel.

4.10.

De Wet Tijdelijke Voorzieningen voorziet echter niet in enige basis voor verenigingen om wegens de Corona-problematiek een jaarlijks bijeen te roepen algemene ledenvergadering achterwege te laten. Ook andere wetten voorzien niet in die mogelijkheid. Voor het nalaten van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] om tijdig een ALV bijeen te roepen kan de Corona-problematiek dan ook geen rechtvaardiging vormen. Dat geldt temeer, omdat niet gebleken is dat het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] toen al het mogelijke heeft gedaan om (het stemmen op) een ALV plaats te laten vinden via de elektronische (digitale) en/of schriftelijke weg.

4.11.

Omdat er dus niet op tijd een ALV is gehouden in 2021, zijn [gedaagde 2] en [gedaagde 3] van rechtswege geen bestuurslid meer, want ten aanzien van hen is de vierjaarstermijn van artikel 10 lid 3 van de statuten inmiddels verstreken. Mevrouw [persoon A] is momenteel dus nog de enige bestuurder van de [naam van de volkstuindersvereniging] . Uit de procestukken en de toelichtingen ter zitting is gebleken dat de vergadering die op 27 november 2021 geagendeerd staat (mede) is voorbereid door thans niet langer in functie zijnde bestuursleden. De agenda zal ook door hen zijn opgesteld. Dat maakt die agenda ondeugdelijk om op 27 november 2027 behandeld te worden. Dat maakt ook dat deze ALV niet door kan gaan, en er te zijner tijd opnieuw een ALV bijeen moet worden geroepen. Er bestaat dus thans geen basis meer voor de voor 27 november 2021 bijeengeroepen ALV. Het treffen van een ordemaatregel waarbij het bestuur gelast wordt deze vergadering te annuleren ligt daarom in de rede. Om die reden is de vermeerdering van eis toelaatbaar. Dat gedaagden bij hun verweer tegen die vermeerdering van eis in dit verband in relevante mate in hun belangen zijn geschaad, is niet gebleken, zodat aan dat verweer voorbijgegaan wordt.

4.12.

Het primair gevorderde onder 1 zal derhalve aldus worden toegewezen dat het [gedaagde 2] en [gedaagde 3] zal worden verboden met onmiddellijke ingang zich voor te doen als waren zij nog voorzitter en bestuurslid van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] , totdat er een nieuw bestuur is benoemd en zij daarvan als voorzitter respectievelijk lid deel uitmaken.

4.13.

Het primair gevorderde onder 3 (uitschrijving KvK), onder 4 (medewerking intrekking bankmachtigingen) en onder 8 (bevel intrekken bankmachtigingen) zal derhalve eveneens integraal worden toegewezen.

4.14.

Voordat er een nieuwe reguliere ALV in de zin van artikel 15 van de statuten kan worden gehouden, moet er eerst een nieuwe aparte ALV plaatsvinden waarop een nieuwe voorzitter en een nieuw bestuurslid worden benoemd. Dan moet er vervolgens op die vergadering ook een kascommissie worden benoemd. Een kascommissie is namelijk in ieder geval nodig om de statutair vereiste kascontrole uit te voeren, Het door de [naam van de volkstuindersvereniging] c.s. in het geding gebrachte rapport van een accountant (prod. 11a [naam van de volkstuindersvereniging] c.s.) kan niet in de plaats treden van het statutair geregelde onderzoek van uit leden van de vereniging gekozen leden van de kascommissie. Deze kascommissie moet dan vervolgens op een reguliere ALV verslag van haar bevindingen uitbrengen. Zonder deze kascontrole kan er geen décharge plaatsvinden van het bestuur op de reguliere ALV. Zie artikel 17 en artikel 15 lid 6 onder d van de statuten.

4.15.

De hierboven genoemde nieuwe aparte ALV waarop twee nieuwe bestuurders zullen moeten worden benoemd en een nieuwe kascommissie zal, naar het zich thans laat aanzien, moeten worden voorgezeten door een neutrale voorzitter van/via het AVVN, het Algemeen Verbond van Volkstuinders Verenigingen in Nederland.

In afwachting van deze nieuwe aparte ALV is een standstill-termijn noodzakelijk en is er geen reden voor het treffen van verdere maatregelen. Nadat er weer een deugdelijk gekozen bestuur functioneert, is het in eerste instantie aan dat bestuur om orde op zaken te stellen. Het primair gevorderde onder 2, onder 5, onder 6 en onder 7 zal daarom worden afgewezen. Dat geldt ook voor al het subsidiair gevorderde.

Betreffende de vorderingen onder II (“Ten aanzien van de kascontrole”)

4.16.

Zoals hierboven is overwogen, moet er eerst een (nieuwe) kascommissie zijn benoemd voordat er een kascontrole kan worden uitgevoerd. Voor de benoeming door de rechtbank van een onafhankelijke kascontroleur bestaat momenteel dus geen aanleiding. Alle vorderingen onder II zullen dan ook worden afgewezen.

Betreffende de vorderingen onder III (“Ten aanzien van de bijeen te roepen ALV”)

4.17.

Wegens bovengenoemde noodzaak van een standstill-termijn zal vordering 1 worden afgewezen.

4.18.

Zoals hierboven is overwogen, moet er eerst een aparte ALV bijeen worden geroepen voor de benoeming van twee bestuurders en de kascommissie, die zal worden voorgezeten door een neutrale voorzitter. Vordering 2 zal dan ook aldus worden toegewezen

dat het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] wordt veroordeeld om binnen vier weken na dit vonnis deze aparte ALV bijeen te roepen en de AVVN te verzoeken haar behulpzaam te zijn met het leveren van een neutrale voorzitter als bedoeld in punt 79 van de dagvaarding.

4.19.

Vordering 3 zal aldus worden toegewezen dat het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] zal worden veroordeeld om vervolgens een reguliere ALV bijeen te roepen met reguliere agendapunten, zodra voldaan is aan alle vereisten voor het bijeenroepen van een reguliere ALV, zoals het vereiste dat de kascommissie heeft gerapporteerd.

4.20.

Vordering 4 zal worden toegewezen op de wijze als in het dictum bepaald.

4.21.

Het is aan het bestuur om vast te stellen op welke wijze – ‘fysiek’ of ‘digitaal’ – deze bijeen te roepen ALV’s zullen moeten plaatsvinden, hetgeen, naar het zich thans laat aanzien, mede afhankelijk is van de dan geldende omstandigheden. Voor toewijzing van vordering 5 bestaat derhalve onvoldoende aanleiding, zodat deze vordering zal worden afgewezen.

4.22.

Uit artikel 4 lid 2 van de statuten volgt dat vordering 6 moet worden afgewezen. Het lidmaatschap van de vereniging is persoonlijk. Dat betekent dat een echtgenoot, partner of kind van een lid van de vereniging geen lid is en dus ook geen stemrecht heeft.

4.23.

Voor een correct verloop van het tellen van de stemmen op de ALV vormt de aanwezigheid van een neutrale, dat wil zeggen: van de [naam van de volkstuindersvereniging] onafhankelijke, voorzitter een voldoende waarborg. Omdat er ook overigens geen reden is om nadere voorzieningen te treffen, zal vordering 7 dan ook worden afgewezen.

Betreffende de vordering onder IV en V (dwangsom)

4.24.

Voor het opleggen van deze dwangsommen ziet de voorzieningenrechter momenteel onvoldoende aanleiding, zeker omdat een eventuele executie van een dwangsom tot een verdere escalatie zou kunnen leiden van de spanningen die er al bestaan tussen sommige leden en (het bestuur van) de [naam van de volkstuindersvereniging] . Deze vorderingen worden afgewezen.

Betreffende de vorderingen onder VI (proceskosten)

4.25.

Aangezien beide partijen in aanzienlijke mate in het ongelijk zijn gesteld, zullen de proceskosten worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter

5.1.

verbiedt [gedaagde 2] en [gedaagde 3] met onmiddellijke ingang zich voor te doen als waren zij nog voorzitter en bestuurslid van het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] , totdat er een nieuw bestuur is benoemd en zij daarvan als voorzitter respectievelijk lid deel uitmaken;

5.2.

beveelt [gedaagde 2] en [gedaagde 3] om zich binnen twee werkdagen na betekening van dit vonnis als bestuurslid van de [naam van de volkstuindersvereniging] bij de Kamer van Koophandel uit te schrijven;

5.3.

beveelt [gedaagde 2] en [gedaagde 3] alle benodigde medewerking te verlenen aan het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis alle bankmachtigingen op naam van [gedaagde 2] en [gedaagde 3] in te trekken;

5.4.

beveelt het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] om binnen twee werkdagen na betekening van dit vonnis alle bankmachtigingen van [gedaagde 2] en [gedaagde 3] in te trekken;

5.5.

veroordeelt het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] om de voor 27 november 2021 uitgeroepen ALV te annuleren en om binnen vier weken na betekening van dit vonnis een aparte ALV bijeen te roepen waarop geagendeerd staan de agendapunten als hierboven in r.o. 4.14-4.15 benoemd, alsmede de AVVN te verzoeken haar behulpzaam te zijn met het leveren van een neutrale voorzitter als bedoeld in punt 79 van de dagvaarding;

5.6.

veroordeelt het dan zittende bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] om vervolgens een reguliere ALV bijeen te roepen die moet plaatsvinden met reguliere agendapunten, zodra voldaan is aan alle vereisten voor het bijeenroepen van een reguliere ALV, zoals het vereiste dat de kascommissie heeft gerapporteerd;

5.7.

gebiedt het bestuur van de [naam van de volkstuindersvereniging] om de financiële stukken ten minste twee weken voor de reguliere ALV ter inzage te leggen in het verenigingsgebouw en vervolgens de leden de mogelijkheid te geven tot uiterlijk één week voor de ALV om vragen met betrekking tot deze stukken aan het bestuur te sturen;

5.8.

verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

5.9.

wijst het meer of anders gevorderde af;

5.10.

compenseert de proceskosten, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.